Veelgestelde vragen (FAQ) Glucose- en ketonenmeter

By Go Keto

Hieronder vindt u de meest gestelde vragen over de Go-Keto Glucose & Ketonemeter. Deze gids legt veelvoorkomende meldingen uit, hoe u uw resultaten kunt interpreteren en hoe u ervoor zorgt dat uw apparaat correct werkt.

Voor betrouwbare resultaten is het essentieel dat elke test correct wordt uitgevoerd. Het strikt volgen van de voorgeschreven procedures verkleint de kans op fouten aanzienlijk en zorgt ervoor dat de gemeten waarden nauwkeurig zijn.

Belangrijke punten voordat u begint

Meterinstellingen

Zorg dat u met de juiste meeteenheid werkt (mmol/L of mg/dL, afhankelijk van de aangeschafte meter).
Zorg dat u de juiste teststrips gebruikt voor glucose of ketonen.
Plaats de juiste kalibratiechip de eerste keer dat u een nieuwe doos strips opent.

Testprotocol

Was en droog uw handen grondig vóór het testen.
Veeg altijd de eerste bloeddruppel weg; gebruik de tweede druppel.
Laat de punt van de strip zachtjes de bloeddruppel aanraken—deze wordt automatisch opgezogen.

Handige bronnen

1. Melding E-4 – Gebruikte of onjuist gehanteerde strip

Wat ziet u?: De meter toont foutcode E-4.
Wat betekent dit?: De strip is onjuist gebruikt of is al gebruikt.

Mogelijke oorzaken

Er is bloed op de strip aangebracht vóórdat u deze in de meter plaatste.
De strip is ondersteboven of achterstevoren ingebracht.

Hoe dit te voorkomen

Plaats eerst de strip in de meter.
Wacht tot het knipperende bloeddruppel-icoon verschijnt.
Breng bloed alleen aan op de punt van de strip.

2. Melding E-5 – Niet genoeg bloed

Deze foutcode geeft aan dat er te weinig bloed op de teststrip zit om de test uit te voeren.
Hoe kan dit gebeuren?
a.) Als u het bloed op het platte gedeelte van de teststrip aanbrengt in plaats van de strip met het uiteinde de druppel te laten aanraken. b.) Als u de teststrip tegen uw vinger drukt, waardoor de opening “verstopt” raakt. Wanneer de kleine opening in de strip geblokkeerd is, kan er geen bloed worden opgezogen. c.) Als de bloeddruppel op uw vinger te klein is.
Vindt u het moeilijk om een voldoende grote bloeddruppel te krijgen? Probeer dan het volgende.
Wrijf uw handen vóór het prikken goed warm en bal enkele keren een vuist. Dit verhoogt de doorbloeding van uw vingertoppen.
Stel de prikdiepte van de lancet in op uw prikpen. Raadpleeg de handleiding van de prikpen voor de juiste werkwijze.
Wacht na het prikken niet. Veeg de eerste bloeddruppel weg en gebruik direct de tweede.
De juiste manier van meten is:
Neem een nieuwe, ongebruikte teststrip en plaats deze correct in de meter.
Controleer of de code op het scherm overeenkomt met het nummer van de teststrip.
Wacht tot het druppel-icoon op het scherm knippert.
Prik uw vinger met de prikpen.
Veeg de eerste bloeddruppel weg. U moet de tweede druppel gebruiken.
Houd de meter met de ingevoerde strip in de andere hand. Raak vervolgens de bloeddruppel zachtjes aan met het uiteinde van de strip.
Het bloed wordt in de strip gezogen. U ziet het kanaaltje in de strip vollopen.
De meter telt af en toont het testresultaat.
Gebruik van de teststrip
Breng geen bloed of controlevloeistof aan op de platte bovenkant van de teststrip. Wanneer u een kleine ronde bloeddruppel op uw vingertop heeft, kunt u deze zachtjes met het uiteinde van de strip aanraken. U heeft maar een kleine druppel nodig. Elke teststrip heeft een ingebouwd buisje (capillair) met een opening aan het uiteinde van de strip. Als u de bloeddruppel met dit buisje aanraakt, zuigt het het bloed op. De meter telt vervolgens af en toont het testresultaat.

3. Glucose en ketonen meten met één vingerprik

Ja, met de Go-Keto-meter kunt u zowel glucose als ketonen meten met één vingerprik.

Hoe het werkt

Blauwe codechip: voor ketonentesten.
Witte codechip: voor glucosetesten (plaats bij de eerste keer gebruik van een nieuwe doos glucosestrips).
Na kalibratie kunt u de blauwe chip permanent in de meter laten zitten.
U hoeft de glucosechip alleen opnieuw te plaatsen wanneer u met een nieuwe doos glucosestrips begint.

4. Verschillende waarden – Uw resultaten begrijpen

Het is normaal dat er verschillen zijn tussen uw zelftestresultaten en die van een laboratorium, of zelfs tussen twee zelftests.

Waarom kunnen resultaten variëren?

Monstertype: De meter gebruikt capillair bloed (vingerprik), terwijl laboratoria vaak veneus bloed testen.
Technologie: De Go-Keto-meter gebruikt elektrochemische analyse, terwijl laboratoria andere methoden kunnen gebruiken.
Tijdstip: Glucose- en ketonwaarden veranderen gedurende de dag en worden sterk beïnvloed door voeding, beweging en vasten.

Belangrijk om te weten

Glucosewaarden kunnen hoger of lager zijn afhankelijk van de tijd sinds uw laatste maaltijd.
Ketonwaarden stijgen doorgaans tijdens vasten, koolhydraatarme voeding of na langdurige inspanning.
Test altijd onder consistente omstandigheden om uw persoonlijke trends het beste te volgen.

De Go-Keto-meter is ontworpen om trends in de tijd te volgen, niet voor een exacte één-op-één vergelijking met laboratoriumresultaten.

5. Test met controlevloeistof – Nauwkeurigheid van de meter controleren

Het kleine flesje in uw startpakket is een controlevloeistof. Gebruik dit om te controleren of uw meter en teststrips correct werken.

Hoe voert u een controletest uit

Schud het flesje met controlevloeistof en breng een druppel aan op een schoon oppervlak (bijv. uw vingertop of een stukje tissue).
Plaats een teststrip in de meter.
Raak met de punt van de strip de druppel vloeistof aan.
Wacht op de aftelling (ongeveer 8 seconden).
Lees het resultaat af dat op het scherm wordt weergegeven.

Vergelijk de meting met het controlegebied dat op de verpakking van uw teststrips staat.

Als het resultaat binnen dit bereik valt → zijn uw meter en strips nauwkeurig.
Als het resultaat buiten het bereik valt → herhaal de test met een nieuwe strip. Als het probleem aanhoudt, neem contact met ons op.

Twijfelt u aan uw meter? Vul ons contactformulier in – wij helpen u graag.

6. Hoe schakelt u de Go-Keto/GK Dual-meter tussen mmol/L en mg/L?

Dit kan niet worden gewijzigd in de instellingen van de meter. Wanneer u een Go-Keto-meter of GK Dual-meter koopt, kiest u ofwel het mmol/L- of het mg/L-model. Ketonwaarden worden standaard in mmol/L gemeten. Voor de meting van glucosewaarden is dit echter anders. De gebruikte standaard hangt af van het land waarin u woont.